Pagina's

donderdag 12 juli 2012

(wegens geen vooruitgang) Een jaar terug (*)

Bedrock Weekend #10, Danmark, 17 – 19 june 1954.




Ik kan beginnen met goed en slecht nieuws. Eerst het goede: m’n nieuwe kentekenplaat is woensdagmiddag geleverd en ik kan dus -na 9 lange maanden wachten- eindelijk de baan op met m’n ex-ambulance! (en gelukkig is er 220 V aan boord want mijn koelbox weigert elke medewerking op 12 V).


Het slechte nieuws dan: John & Conny, m’n gidsen voor de komende 10 vakantiedagen worden op dit eigenste moment wegens een defecte Seabreeze-Van vanaf de Duitse grens naar Zeeland gerepatrieerd.
Dan maar alleen op pad voor een –ik noem het- testrit. Ik voer “Riddersteen” in en m’n GPS vertelt me dat “Bedrock Weekend” zo’n 888 km van Halle ligt. Ik tik gelijk het tweede Deense adres in want één W E later organiseren de South Island Cruisers hun ‘rumble’ op het naburige-eiland-met-de-lange-brug Seeland. Dit zou dus wel eens een mooi reisje kunnen worden.

Na een vlotte nachtrit en lang voor de drukte ben ik Hamburg voorbij en wordt het tijd om de binnenkant van m’n oogleden te controleren. Donderdag, na een laat ontbijt ga ik terug op pad maar vink domweg het adres voor die tweede meeting aan. Gevolgen van klakkeloos op GPS te rijden: na een tijdje bollen staat Van’s Van nogal redelijk onverwacht voor de veerboot Puttgarden – Rodby en enkele uren later mag ik van ’t landschap genieten als ik over de Grote Beltbrug kachel... (dit is -met 18 Km- de op één na langste suspensiebrug ter wereld). Het schept een beetje vakantiegevoel maar feitelijk is dit gewoon een stukje route voor de terugweg, en ’t kost me zo’n 120 €. Aaaagh!



Naar goede gewoonte kom ik nog maar eens te vroeg aan, dit keer in Aarup. Tijd genoeg dus om de juiste zandgroeve te localiseren (afhankelijk van welke put dit jaar gebruikt kan en mag worden...). Bij de borden “Devils Hole” en “Only Cars / MC from ’54 or Older Allowed” vind ik de organisatoren (geen club, gewoon enkele vrienden) en hun respectievelijke caravans in een aanpalende campeerweide terug. In ‘the pit’ staat hun traditionele houten dorpje opgebouwd waar alles hier om draait. Verder heb ik vandaag niks meer gepland en kan me dus met de herinrichting van m’n ex-ambulace gaan bezighouden.
De vrijdagmiddag begint de grote toestroom van drinkende Scandinaven, in opvallende rock ’n roll outfits en met nooit eerder gezien campeer- kook- en koelgerief. Rond 18 uur is er haast geen doorkomen meer aan. Nochtans, de entree kost 40 € p.p. zonder meer (wegens de 8 internationale groepen welke er vrij- en zaterdag optreden) en water of electriciteit zijn niet voorhanden, enkel 12 toiletten. Naar schatting loopt er hier toch zo’n 600 man rond...
Tussen de campers en tenten kronkelt nog een soort weg naar ‘the pit” waarop er duchtig wordt gedrift met museumstukken als Indian’s, BSA’s, een Chevy 3100 Pick Up, een Ford A en ander fraais! Die zijn vast aan’t oefenen voor de “Race the Bedrock” welke zaterdagnamiddag in de zandput wordt gereden...


De hamburgers van bij ‘Grandma’es Diner’ zijn overheerlijk, en er is bier, veel bier. (plaatselijke slogan: Have no fear, drink DRIFTWOOD beer!)
Zaterdag regent en waait het en ‘t kwik geraakt niet meer boven de 13° C uit. Een geutje ‘Moonshine’ kan me even opwarmen en m’n koelbox heb ik verder niet meer nodig. Een vroeg telefoontje van Conny leert me dat het in Zeeland ook kutweer is en dat John ondertussen de koppen van de Seabreeze-motor heeft gehaald om deze maandag weg te brengen voor herstelling. Zij hadden hun verlof enigzins anders voorgesteld...
Devils Hole gaat stilaan meer lijken op een modderbad maar dat mag de dolle pret niet bederven. Vastrijden en gewoon weer lostrekken hoort erbij en er is bier, veel bier. (andere plaatselijke slogan: Drink DRIFTWOOD if you dare!)


Wat –behalve een gele ambulance- zeer opvalt terwijl ik loop te flyeren voor onze Golden River: ik ben hier de enige uit het land B, de enige met een kaalgeschoren knikker en meer dan vermoedelijk de enige zonder tattoos. ‘k Voel me net een Bonzai-Viking. Het geheel heeft ook maar weinig weg van wat ik als “een meeting” ervaar. Terwijl de oldtimers in moddermonsters veranderen hebben een pinstriper en een kapster bij de ‘Hula Bar’ hun handen vol om er een heus Kult-treffen van te maken. De spare ribs van de ‘Grill Chef’ laten zich smaken maar ik moet plaats ruimen op de overdekte paletten-dans-vloer... Let's rock’n roll folks!
Bedrock Weekend loopt zondagvoormiddag af. The pit lijkt op een stort. Bierflessen, blikjes, plastiek, hamburgerverpakkingen,... Her en der tussen de viezigheid door liggen kadavers hun roes uit te slapen, deels in auto’s of hangend in een tuinstoel,.... 


Anderen rijden –sinds vrijdag- nogsteeds drinkend en al toeterend rond. M’n Deense Kronen zijn op en ik maak de Van weer klaar om huiswaarts te bollen. ‘k Heb geen zin om hier in de buurt alleen en bij dit kutweer een week door te brengen, tot en met de South Island Rumble.

Voor de terugreis berg ik het navigatiesysteem op en neem het ouderwetse kaartenboek ter hand, ’t is toch gewoon rechtdoor naar beneden... Behalve rond Hamburg is’t overal lekker rustig cruisen en incluis een paar pauzes parkeer ik ‘t camionneke rond 23 uur voor mijn deur in Halle. De ex-ambulance heeft z’n vuurdoop met brio doorstaan. Laat de meetings maar komen!   



(*) soortgelijk vertelselke plaatste ik zo'n jaar geleden in't BSCA Clubblad, Cruising Around.